March 1, 2015

Andere tijden, Willy DeVille [OOR]

Bron: OOR - muziektijdschrift, DOOR TOM ENGELSHOVEN & BERT VAN DE KAMP
Datum: 19-02-2015 OOR Rubriek: Rewind



De liefdevolle bloemlezing Willy DeVille (& Mink DeVille) Collected 1976-2009 doet recht aan een iconische muzikant die mede door misverstanden en zijn decennia durende heroïneverslaving – de verwantschap met generatiegenoot Herman Brood is onmiskenbaar – de geschiedenis in dreigde te gaan als een rare kwibus en curieuze Don Quichote, waarvan de rock & roll er wel meer kent. Met z’n streetwise parlando geldt Willy’s hit Spanish Stroll ook nu nog als een monument van het groezelige New York uit de jaren zeventig, maar sterstatus van het kaliber Lou Reed Of Bruce Springsteen, Eastcoast-helden met wie hij zeker het eerste ge­deelte van zijn carrière verwantschap kende, heeft Willy DeVille nooit behaald. De uit drie cd’s bestaande Collected-box brengt zijn onmiskenbare verdiensten voor de popcultuur fraai in kaart. 

AANVANKELIJK wordt Willy DeVille ten onrechte binnengehaald als ‘punk’, na­dat hij midden jaren zeventig in de New Yorkse club CBGB’s is opgevallen tussen de Ramones en andere onstuimige herrie­makers. Net als Lou Reed is hij een heraut van het verloederde Sodom en Gomorra dat New York in de groezelige jaren zeven­tig is; vóór burgemeester Giuliani de stra­ten van Big Apple in de jaren negentig met een rigoureuze opknapbeurt zo goed als crime free maakt. Net als Lou Reed vormt hij de belichaming van ‘New York cool’ in de jaren vlak voordat de hiphop de macht op straat naar zich toe trekt. Net als Bruce Springsteen vanuit New Jersey, aan de overzij­de van de Hudson, voert Willy DeVille de broei­erige straatcultuur van Scorcese’s Mean Streets zijn muziek binnen. Net als Springsteen draagt hij de traditie van prille jaren zestig pop­soul, rhythm & blues, girl groups en Phil Spectors Wall Of Sound over naar nieuwe generaties. Willy geeft nog een andere fak­kel door: die van stijl en uiterlijk vertoon op het podium. In een tijdvak waarin de meeste bands in een leren jack of hun door­deweekse kloffie optreden, maakt hij pico bello gekleed zijn opwachting, glimmend opgepoetst: alsof hij straight uit Little Italy of Spanish Harlem komt zetten. Een straat­schuimer, zo betitelt hij zichzelf, maar een met klasse en bravoure. Zijn esthetiek, en zeker die van zijn eerste vrouw Toots, een aan heroïne gehookte femme fatale die voor­zien was een fraaie beehive en vrouwelij­ke fans te lijf ging die hun blik te lang op ‘haar’ Willy lieten rusten, zien we later terug bij Amy Winehouse. Het is de messcherpe esthetiek van seks, drugs, soul, de straat en doodsdrift. De eerste cd van Willy DeVille (& Mink DeVille) Collected 1976-2009, getiteld The Mink DeVille Years, is ervan doordrongen.

IK BEN GEEN PUNK, IK BEN EEN ROMANTICUS.
IK HOU VAN MOOIE, EERLIJKE, GEVOELIGE DINGEN.

Heel modern – we spreken van een perio­de van ver voor internet en globalisatie – is ook Willy’s open geest jegens andere (muziek)culturen. Zijn derde album Le Chat Bleu (1980) neemt hij op in Parijs, sa­menwerkend met Jean-Claude Petit (arran­geur van de legendarische Franse chanson­nière Edith Piaf). Zijn gechoqueerde platenmaatschappij Capitol acht dat album dermate ongeschikt voor Amerikaanse oren dat ze Le Chat Bleu aanvankelijk alleen in Europa wenst uit te brengen. Maar ook op het oude continent gaat het Willy niet altijd voor de wind, getuige een anekdote over een live-optreden in 1981 in Duitsland voor het programma Rockpalast, waar het naar rui­gere rock und roll verlangende publiek mas­saal ‘Aufhören! Aufhören!’ begint te scan­deren, waarna (citaat van Martijn Stoffer) ‘Willy het niet kan laten de zaal even de fascisten­groet te brengen’.

DE GROEP Mink DeVille gaat in 1986 ter ziele. In de OOR van 1987 lezen we bij Herman van der Horst dat Willy ‘bankroet is ver­klaard met een schulden­last van meer dan één en een kwart miljoen dollar’. Het weerhoudt de zanger er niet van onder eigen naam Willy DeVille door te gaan. Vanuit zijn nieuwe woonplaats New Orleans slaat hij opnieuw bruggen tussen de rockcultuur en genres als de lokale rhythm & blues (van artiesten als Dr. John en Allen Toussaint), cajun en zydeco. Zijn pioniers­werk met Zuid-Amerikaanse ritmiek wordt ook wel aangeduid als ‘Spanish Americana’. Eigenlijk is hij daar al mee begonnen met de castagnetten op zijn allereerste album. Hoor hem op de tweede cd van de Collected-box (The Willy DeVille Years) het klassie­ke Hey Joe van Jimi Hendrix naar zijn hand zetten in een imponerend warmbloedige mariachi-versie. Constante in al zijn werk is zijn afgeknepen, intiem soulvol smachten­de stem. De stem van een uiterst gecom­pliceerde man die – getuige zijn songtek­sten – zijn hele leven tegen beter weten in blijft geloven in het soort simpele oplossin­gen waar alle kleine krabbelaars in geloven. Een beetje passie, een flitsend uiterlijk, een lief meisje. Wellicht ligt in dit geloof ook het geheim achter zijn heroïne-afhankelijkheid besloten, tegelijkertijd maakt het zijn vertolking van een liedje als Across The Borderline zo hartverscheurend tra­nentrekkend mooi. Ja Willy, voorbij de grens, daar zal alles goed en heerlijk zijn....


LEES OOK: Nieuwe Willy DeVille verzamelaar (mét uniek 2 Meter Sessies materiaal!)

No comments:

Post a Comment

Thanks for your message, we really appreciate it.
~ Just Your Friends ~